Frans de Waal, de man die mens en aap dichter bij elkaar bracht
De primatoloog Frans de Waal is op 75-jarige leeftijd overleden. De bekende Nederlandse wetenschapper heeft decennialang in populaire boeken en belangrijk wetenschappelijk werk gepleit voor verkleining van de kloof tussen mensen en mensapen.
Frans de Waal is donderdagavond Amerikaanse tijd op 75-jarige leeftijd overleden in zijn woonplaats Atlanta, Georgia (VS), aan de gevolgen van uitgezaaide maagkanker, zo heeft zijn familie bevestigd.
De Waal was decennialang de beroemdste Nederlandse primatoloog. Met zijn kalme spraak, grote kennis en onmiskenbare liefde voor onze neven in het dierenrijk was hij ook buiten de wetenschap een bekende figuur. Vaak gezien op televisie, veel geciteerd in debatten.
Het is de rode lijn in De Waals werk: apen lijken veel meer op mensen en mensen veel meer op apen dan we beseffen. Zoals hij in 2014 in een speech over zijn werk zei: “Ik heb de apen een beetje omhoog gebracht, en, eh, de mensen een beetje naar beneden.”
Dat wij mensen ons zo ver verheven voelen boven de apen, heeft een duidelijke oorzaak, legde hij uit in een interview in NRC: “We laten ons veel te veel afleiden door onze taal. Die mensapen spreken nu eenmaal niet.”
De Waal was totaal niet onder de indruk van taal. Als je kijkt naar nonverbaal gedrag, zoals hij vrijwel permanent deed, zie je vooral overeenkomsten tussen mensen en apen. De Waal: “Mensen weten vaak niet eens meer of ze iemand hebben aangeraakt tijdens een gesprek, terwijl juist zo’n aanraking zo veel kan zeggen over de onderlinge verhoudingen. Ik let daar wel op. Mijn hele leven al.”
Frontale aanval
In 1996 verscheen De Waals boek Good natured (Van nature goed), een frontale aanval op het idee dat de menselijke moraliteit slechts een dun laagje vernis is. De Waal zette in het boek uiteen dat juist in de sociale relaties – en verzoeningstechnieken – van onze naaste familieleden in de dierenwereld de basis is te vinden voor de menselijke moraal. Het grote succes van Good natured leidde tot een gestage reeks populaire boeken van zijn hand.
Sindsdien publiceerde De Waal ongeveer iedere vier jaar een groot boek over aspecten van het apenleven en het menselijk bestaan die hem op dat moment bezighielden, zoals empathie, emoties, religie en intelligentie (Zijn we slim genoeg om te weten hoe slim dieren zijn?, 2016). In 2022 verscheen het laatste: Anders, een helder en evenwichtig boek over gender bij mensapen en mensen. Daarin beschreef hij duidelijk de verschillende aangeboren gedragsneigingen van mannen (meer competitie en geweld) en vrouwen (meer aandacht voor sociale relaties). Maar – typisch De Waal – vervolgens relativeert hij die algemene waarheden. Want in de praktijk is gedrag véél breder dan alleen die basisneigingen. De Waal in een interview: “Kenmerkend gedrag zegt weinig over waar een dier of mens óók toe in staat is.” Het tijdschrift Time zette in 2007 de bioloog zelfs in de Time 100: The People Who Shape Our World, een zeldzame internationale eer voor een Nederlandse wetenschapper.
Een geliefd tegenstander
Het knappe van De Waal was dat hij die grote populariteit bij een breed publiek wist te combineren met een al even vooraanstaande plaats in de wetenschap – iets wat zijn Britse tegenhanger Richard Dawkins bijvoorbeeld nooit gelukt is. Ook Dawkins (1941) schrijft spraakmakende boeken over biologie en het wetenschappelijk wereldbeeld, zoals The selfish gene (1976) en The God delusion (2010), maar hij heeft vrijwel geen wetenschappelijk onderzoek gepubliceerd. Dawkins was een geliefd tegenstander van De Waal, over wie hij zelfs in zeldzame irritatie kon uitbarsten. De Waal was op en top een evolutiebioloog, maar in Dawkins wees De Waal af wat hij zag als onterechte haat tegen religie en vooral wat hij zag als genenverheerlijking en reductie van vrijwel ieder gedrag tot evolutionair bepaald nut. De neigingen en instincten van een dier mogen evolutionair gevormd zijn, zeker, maar dat betekent niet dat alles wat een individueel organisme doet evolutionair nut moet hebben.
Verkleed als vrouw
De creativiteit en praktische zin van De Waal kom je overal tegen. Zoals in het verhaal dat hij ooit vertelde over zijn studietijd in Nederland. In een gang op de Nijmeegse psychologiefaculteit zat een chimpansee zich in een kooi stierlijk te vervelen – zo werd er toen nog met mensapen omgegaan. Bij iedere mensenvrouw die langs de kooi liep, ging de chimp uitgebreid masturberen. Vraag van de jonge De Waal: hoe maakt dat dier dat onderscheid? In ieder geval niet op basis van kleding, zo concludeerden hij en een vriend nadat ze een aantal malen als vrouw verkleed langs de aap waren gelopen, zonder enig effect.
En begin jaren negentig wist De Waal bijvoorbeeld een sociale make-over te bewerkstelligen van een groep rhesusapen die normaliter zeer hiërarchisch ingesteld zijn en agressief op elkaar reageren. Hij nam de groepsleiders weg en verving die door een aantal veel relaxter ingestelde maar fysiek imposantere beermakaken. Hun voorbeeld van verzoening en samenwerking werd leidend in de normaal zo agressieve rhesusgroep, zelfs nadat de indrukwekkende beermakaken al weer vertrokken waren. Zo diep genetisch aangeboren zijn die sociale omgangsnormen dus ook niet, betoogde De Waal, die zo eens te meer de grote flexibiliteit van apengedrag aantoonde.
Zijn beroemdste experiment, mede door het hilarische biibehorende filmpje, is waarschijnlijk dat van de komkommergooiende kapucijnaap. Mensen staan bekend om hun rechtvaardigheidsgevoel. Uit ontelbare experimenten blijkt dat mensen liever zichzelf tekortdoen dan een ander ten onrechte een beloning geven. Bij chimpansees en bonobo’s is eenzelfde neiging tot gelijkheid gevonden, maar hoe zit dat bij andere apen? De Waal beloonde kapucijnapen, een kleine soort uit Zuid-Amerika, voor simpele taakjes met een stukje komkommer of een druif, allebei fijne snacks voor ze. En al vinden ze een druif een stuk lekkerder dan komkommer, ook met komkommer zijn de aapjes altijd tevreden. Tot de apen kunnen zien dat een aap in de kooi naast hen voor hetzelfde taakje een druif krijgt, waar zij met een komkommer worden afgescheept. Dan weigeren ze woedend.
De basis van De Waals werk is kijken. “Ik schat dat ik in mijn leven minstens 10.000 uur naar chimpanseegedrag heb gekeken”, zei hij ooit in een interview in NRC. “Dankzij die ervaring kan ik goed voorspellen hoe de dieren op iets zullen reageren. Reuzehandig als je nieuwe experimenten ontwerpt. Het is vrij makkelijk om een dierexperiment verkeerd te doen. Dan komt weer in het nieuws dat chimpansees of andere apen iets niet kunnen.”
Als voorbeeld noemde hij een experiment van anderen waaruit zou blijken dat kapucijnaapjes niet kunnen samenwerken. “Maar ja, om samen te werken moesten ze op een knop drukken. Op een knop drukken is niks voor die aapjes. Wijzelf deden ooit een experiment waarbij ze lekker fysiek aan stokken konden trekken. En hé, dan werken ze ineens wel prima samen. Je kunt een kat ook niet leren een stok te gaan halen. Dat is gewoon niet zijn natuurlijke gedrag.”
Zes jongens
Franciscus Bernardus Maria de Waal werd in 1948 geboren in Den Bosch in een groot gezin met zes jongens. Een goede leerschool voor iemand die geïnteresseerd is in agressie en verzoening. Als kind was hij al bezig met biologie, in de tuin en de vijver van het ouderlijk huis hield hij allerlei diertjes, zoals stekelbaarsjes en kikkers. Hij studeerde biologie in Groningen, Nijmegen en Utrecht, waar hij promoveerde bij Jan van Hooff. Hij trouwde met Catherine Marin, een Française. Ze kregen geen kinderen. In 1981 ging hij naar de universiteit van Wisconsin.
In 1991 ging hij naar Emory University, Atlanta, waar hij altijd is gebleven, als hoogleraar in primatengedrag en psychobiologie. Al die tijd behield hij zijn Nederlanderschap, maar een paar jaar geleden werden De Waal en zijn vrouw Amerikaan. Na ruim veertig jaar waren de VS toch echt hun nieuwe thuisland geworden.
Er is nog geen overleg